Intro Photo

Op de laatste druppel

29.04.2023

Op het Meer bij Niederneuendorf hijssen wij vroeg het anker. De nacht was rustig, maar nog steeds koud. Ik kies voor het Havelkanaal, het kanaal dat tijdens de voormalige DDR, en tegenwoordig nog steeds de kortste verbinding was en is naar Golm, ons ligplaats voor de kommende twee weken en trajectdoel van deze reis. Stoer!! Wij hebben het gehaald in 7 dagen. Het kan dus, als je wind mee hebt.

Wij zijn vertrokken met 3 opvarenden. Norman kreeg een halve dagreis voor thuis heimwee. Hoewel ik het als de moeilijkste oefening heb ervaren, iemand weg te moeten sturen, maak ik nu de ervaring dat het ook moeilijk is iemand af te laten stappen, als hij of zij wil gaan. Wij zijn er bijna en hebben een mooie reis achter de rug waar wij alle drie trots op kunnen zijn! Heimwee is dan uiteraard ook een bijzonder reden en wij vinden gezamenlijk aan de wachtsteiger van de Sluis Schönwalde een veilige mogelijkheid voor hem om af te stappen.

Ik ben wel blij dat hij gister avond niet op het idee kwam om te zwemmen.

In het Havelkanaal worden Ronny en ik begeleid van ijsvogels en zwanen. De lucht is warm. Er zijn van de momenten waar ik denk dat de motor iets raar klingt, maar ik verklaar het aan de hand van het echo over het water. Norman laten wij achter en zetten de reis nog zo 3 uur lang voort. Het vaarwater op en rondom de Havel kan men lieflijk noemen. Koeien, paarden, slootjes... - zo gaat het maar door...

Wij kruisen een ander kanaal en komen op de rivier. Vanaf hier is het nog zo 45 minuten. Ook op het eerste meer heb ik de indruk dat de motor raar klingt. Als ik dan ook merk dat de motor geen gas meer wil nemen, loop ik in gedachtes even door, wat er allemaal aan de hand kan zijn. Volgens de informatie van mijn bunkerafdeling was de dieseltank bij vertrek vol. Dat betekend dat wij zo 250 liter bij ons moeten hebben gehad. Wij zijn een grote deel van de reis gezeild. Volgens mijn berekeningen moesten wij het dus met een tankvulling kunnen halen.

Ronny neemt het roer over en ik ga naar de machinekamer. Ik heb ieder dag alle checks gedaan. Maar op de informatie van een volle dieseltank heb ik vertrouwd en tot mijn schaamte niet dagelijks naar de stand gekeken. Ik kijk naar de vulhoogte. Wij kunnen de werf aan de oever van het tweede meer al zien. Daar moeten wij naartoe. In mijn hoofd speel ik even alle scenario's door van ankeren tot opgehaald worden, aan de rand van de geulen varen, de kortste route kiezen...

Voorin staan nog 7 liter in een jerrycan. En er is nog een geheime verbinding van de dieseltank in het voorschip naar de hoofdtank. Ik heb nooit kunnen testen of deze verbinding werkt. Van de vooreigenaar onderbroken overgenomen, hebben wij de verbinding hersteld, maar ze werkt alleen als achter echt leeg is, zoals nu... Alle kogelkranen open dus. Het duurt even.

De motor hoest een beetje. Er zal wat condensatievocht bij zitten van afgelopen winter. Een beetje neerslag van wat zo in een oude dieseltank zit. Er komt even witte rook uit. 7 liter! Dat is slechts een centimeter boven de opening van het peilglas... Wachten maar...

Na een minuut of vier wil de DAF weer gas. Gelukkig. Dat was even krap... Wij arriveren op tijd, maar met een vlagje wind van hoge wal. De hele week hebben wij afgemeerd als of wij de hele dag niets anders doen dan afmeren. Maar nu waait de wind ons nog weg. Wij doen ons best en in een nieuwe poging komen wij erbij.

Zon. Het is warm. Met de lente zijn wij er.

Wij hebben in 7 dageen 384 km gevaren, daarvan hebben wij 167 km gezeild. Wij hebben circa 200 l diesel verbruikt. Hoeveel precies is deze keer niet goed bijgehouden. In ieder geval was de tank tegen mijn verwachtingshouding en die van de afdeling bunkeren niet vol. Met tegenstroom de Oder omhoog zal de motor wat meer verbruik hebben gevraagd.

Ik heb al ruim vier dagen zonnebrand in mijn gezicht. "Van welke zon?" vroegen de mannen. 

Heerlijk zo een eerste vaarweek dit jaar al achter de rug.