Intro Photo

In de ban van de sluiswachters

06.10.2022

Als laatste kwamen wij op 4 oktober door de sluis... De eerste van viertien sluizen... Toen draaide niets meer. Geen brug of sluisdeur, niets! Hier in Niemandsland, in het Finowdal valt alles stil als de dag voorbij is. Zo arriveren wij voor de eerste brug waar wij niet zomaar onder door kunnen. Er is een remmingwerk, maar geen steiger naar de wal.

Wij zoeken een oever dat diep genoeg is voor de Antilope om dichtbij, door middel van een trapje of loopplankje af te stappen. Het is even een paar meter lopen met de trossen, maar ten slotte vinden wij twee sterkte bomen waar wij vast kunnen maken. Het water stroomt met een snelheid van net geen knoop tegen.

De motor gaat uit. Om 18:00u gaan de klokken van de kerk. Daarna roept alleen maar nog af en toe een ezel zijn iiiiii-aaaa in de warme herfstavond. Hier blijven wij een dag, doen even boodschappen en spelen met Ludger aan het water. De nachten zijn zo donker als een nacht maar kan zijn. Je ziet je eigen hand voor ogen niet. Weer stilte. De stilte van Niemandsland.

De volgende ochtend willen wij verder. Hiervoor moeten wij een van de twee bruggen op het kanaal bellen die te klein laag voor ons zijn. Aan de telefoon hoor ik een verwonderde stem. "Waar liggen jullie? Sinds wanneer? Hoe zijn jullie daar gekomen?" Ik zeg: "Eergisteren, door de sluis!" De stem komt tot rust. Want hier op het Finowkanaal weet iedereen die hier woont, waar je bent. Je ontkomt geen sluis- of brugwachter. Maar de stem wisst blijkbaar niets van ons... 

Tot onze verrassing komt de sluiswachter van de eerste sluis naar het schip. Bij zijn takenpakket hort dus ook de brug. Hij roept ons toe dat wij even zullen wachten, want hij heeft een pakket eieren voor ons als dank voor de tulpenbollen en de chocola. Gelukkig, want eieren was ik vergeten te kopen... zo komen wij verder...

Wij passen net door de brug die hier ook nog in een bocht staat. De brugwachter belt zijn collega verder boven in het kanaal. De volgende sluis staat voor ons klaar. De tweede sluis van viertien... 

De tweede sluiswachter wacht al op ons. Bij zijn takenpakket hoort deze en de volgende sluis. Hij moet door een bos fietsen en neemt de tijd voor het verzamelen van paddestoelen. Bij de volgende sluis mogen wij er een paar van uitzoeken.

Gelukkig let in Niemandsland iedereen op iedereen!

Zo gaan wij tussen de sluizen niet verloren en hebben voldoende eten aan boord. Een bospaddestoelomelet had ik inderdaad niet verzonnen voor vanavond, maar de afwisseling is zeer welkom. 

Zo gaan wij door het Finowkanaal, met een snelheid von maximaal 3 knopen, een goede verzorging en sluiswachters met sluizen die met open deuren op ons wachten. De deuren zijn allemaal even breed, de sluiskamers hebben dezelfde afmetingen. Wij vinden twee klampen om vast te maken. Het hoogteverschil ligt bij 2 m tot 3 m. Om uit de sluis te komen moeten wij de Antilope met twee pikhaken gelijkmatig naar de andere kant van het bajonet duwen. De fenders komen naar binnen omdat wij anders niet door de deuren passen. 

Langzaam komt het gevoel op dat mensen moeten hebben gehad, toen zij hier met vrachtschuiten zonder motor doorheen gingen. Een jaagpad herinnert aan deze tijd - de eerste die ik zie in Duitsland... Het hoogteverschil van 36 m achter zich laten om de heuvels met de beladen schuit omhoog te gaan.